Nare gedachten in je hoofd, die maken je bang en vreten energie. Doodmoe word je er van.
In dit blog vertel ik je wat gedachten met je doen en hoe je af komt van de verkeerde gedachten.
Hoe werken gedachten?
Ontdek het zelf met deze oefening:
Als je aan iets leuks denkt (mooie vakantie, goede grap, gezellig etentje, noem maar op) ga je je vanzelf weer net zo voelen als toen het werkelijk gebeurde, goed dus. Probeer maar eens: NU.
Neem iets leuks in gedachten en bedenk eens precies hoe het toen was; hoe zag het eruit, hoe was je omgeving, met wie was je, wat at je, wat zag je, wat gebeurde er? Mijmer er gerust een minuut of langer op door.
Wat voel je nu?
Dikke kans dat je blij van je gedachten geworden bent, dat ze je energie geven, dat je nu een glimlach om je mond hebt.
Hetzelfde gebeurt als je aan iets verdrietigs denkt, iets wat je boos of angstig maakt, of bijvoorbeeld stress geeft. Je lichaam reageert met een naar gevoel, alsof je het nú meemaakt.
Het rare van je gedachten is dus dat zij een direct effect hebben op je lichaam en gevoel, alsof het werkelijk nú gebeurt.
Nu hebben de prettige gedachten een positief effect, dus daar zul je waarschijnlijk geen last van hebben. Maar van die verdrietige, nare gedachten kun je heel veel last hebben, zeker als ze maar terugkomen.
Hoe kom je af van nare gedachten? (5 tips)
1. Richt je op de oplossing
Richt je op de oplossing van het probleem, niet op het probleem zelf. Je bent dan actief bezig om verder te komen. Als je een oplossing gevonden hebt, geeft dit lucht en ruimte. Dan is bezig zijn met de situatie effectief. Daarna voel je je opgelucht, fitter, energiek.
2. Zoek afleiding
Als je om de een of andere reden NU geen oplossing hebt (zie 1) en er malen nare gedachten in je hoofd, neem dan actie en verzet je gedachten.
Loop een blokje om, pak een mooi boek of leuk tijdschrift, bekijk een interessant programma op tv, ga dansen, moppen vertellen. Ga iets doen wat je leuk vindt.
Er is genoeg te doen en alles is goed zolang je aandacht 100% op iets vrolijks en leuks gericht is.
3. Aandacht naar je ademhaling
Als je je aandacht naar je ademhaling brengt, verplaats je je aandacht naar jezelf en komt er rust in je lichaam. Dit heeft te maken met een verbinding tussen je hersenen en je ademhaling. Het is simpel: je telt gewoon mee met je ademhaling van 1 tot 10 en weer terug, doet eventueel even je ogen dicht. Als je merkt dat je aandacht niet meer bij je ademhaling is breng je die terug en ga je weer verder met tellen.
Het is even oefenen in het begin, maar als je dit eenmaal gewend bent, geeft deze korte aandachtsoefening je rust en een helder hoofd.
4. Weet dat veel gedachten nooit gebeuren
Er is een spreekwoord dat zegt “de mens lijdt het meest door wat zij vreest”. En dat is waar. Bedenk zelf eens wat je de laatste maand allemaal gedacht hebt, en wat daar nu echt van uitgekomen is. Relativeren dus als de gedachten in je hoofd blijven malen.
5. Mindful denken
Mindfulness leert je afstand te nemen van je gedachten. Je kijkt dan naar je gedachten en gaat er niet meer in mee. Klinkt misschien raar, maar het werkt heel goed. Je gedachten zijn namelijk maar gedachten, dingen die door je hoofd gaan. Ze gebeuren niet echt, al voelen ze wel zo. Als je afstand kunt nemen van die gedachten kun je ze bekijken (wat denk ik nu eigenlijk) en besluiten wat je er mee gaat doen (actie als er echt iets is, en anders wegschuiven want het is maar een gedachte).
Met mindfulness wordt het leven wat lichter.
Heb je hierover een vraag? Laat het me weten!
Anja
